Welkom in Gods Huis
Colossenzen 3:1-11, Psalm 84
Wat doet de coronacrisis met onze kerkgang? Al wekenlang is het onmogelijk vanwege het besmettingsgevaar om kerkdiensten te organiseren? Wat zou Gods bedoeling hiermee kunnen zijn? Moeten we nadenken over onze motieven? Waarom gaan wij elke zondag naar de kerk? Is het een moeten, een gewoonte, een sleur, een op onszelf gericht feestje? We kunnen onszelf ook afvragen: werkt de kerkdienst door in ons dagelijks leven? Wat wil onze hemelse Vader ons die op aarde leven duidelijk maken? Is er een oprecht verlangen naar de ontmoeting met de levende God? Zijn de kerkdiensten voor ons nu al een voorproefje van het bruiloftsfeest in de hemel? Wonen bij God, wat doet dat met ons?
De dichter zegt in Psalm 84: mijn ziel smacht van verlangen naar het zijn bij de tempel, mijn hart en mijn lijf roepen om de levende God! Zijn we zo op weg naar het ontmoeten van God? Of zien we vooral op onze pelgrimstocht het dal met ‘de doodsbeenderen’ van de overleden corona patiënten… Of maken we ons zorgen over onze financiële situatie, onze gezondheid, onze status? Willen wij niet alles overzien en begrijpen?
In Psalm 131 zingt David: HEER, mijn hart is niet trots, mijn blik niet hoogmoedig. Ik zoek niet wat te groot is voor mij en te hoog gegrepen.
David belijdt: Ik weet het niet vanuit mezelf, maar U bent aanwezig en weet wat mij bezighoudt. Het hangt niet van mij af, maar van U en dan volgt: ‘Ik ben stil geworden. Als een kind op de arm van zijn moeder, hebt U mij rust gebracht.
Psalm 84 vertelt van de mus en de zwaluw die in Gods huis onderdak krijgen!
In Mattheüs 6:26 wordt ons oog ook op de vogels gericht en vooral op de hemelse Vader die ze voedt. ‘Zijn jullie niet meer waard dan zij?’, zegt Jezus.
Schuilend achter de machtige Koning geldt ons een gastvrij onthaal, genadige verzoening! God ziet naar ons om, altijd mogen wij met Hem praten, Zijn woorden lezen, elke dag biddend onderweg gaan naar het hemels Kanaän ondanks deze tijd van ‘vasten’, online kerkdiensten, enz.
Veel geloof, hoop en liefde gewenst.
Japke de Kraker-van Abbema.
Reactie plaatsen
Reacties